Kees de jongenIn deze klassieker van Theo Thijssen maken we kennis met Kees Bakels. De Amsterdamse schooljongen zit vol fantasie, maar gedurende zijn laatste schooljaar zet de realiteit hem de voet dwars.12,99
Kees de jongen‘Vele mensen schijnen Kees Bakels niet eens te hebben gekend en dat is eigenlijk niet goed te begrijpen. Is hij niet zowat de belangrijkste jongen geweest, die er ooit heeft bestaan?’ Na de vele herdrukken, een verstripping en een verfilming van Kees de jongen sinds de eerste druk in 1923, kunnen we rustig stellen dat deze beginregels inmiddels hun geldigheid hebben verloren: is er nu nog iemand die níét van Kees Bakels, die níét van Kees de jongen heeft gehoord?19,-
Kees de JongenKees is een jonge schoenmakerszoon uit de Amsterdamse Jordaan, die zich in alle tegenslag in zijn leven overeind houdt door dagdromen over hoe het óók zou kunnen zijn.16,99
Kees de jongen‘Vele mensen schijnen Kees Bakels niet eens te hebben gekend en dat is eigenlijk niet goed te begrijpen. Is hij niet zowat de belangrijkste jongen geweest, die er ooit heeft bestaan?’ Na de vele herdrukken, een verstripping en een verfilming van Kees de jongen sinds de eerste druk in 1923, kunnen we rustig stellen dat deze beginregels inmiddels hun geldigheid hebben verloren: is er nu nog iemand die níét van Kees Bakels, die níét van Kees de jongen heeft gehoord?19,-
Kees de JongenKees is een jonge schoenmakerszoon uit de Amsterdamse Jordaan, die zich in alle tegenslag in zijn leven overeind houdt door dagdromen over hoe het óók zou kunnen zijn.16,99
Kees de jongenIn deze klassieker van Theo Thijssen maken we kennis met Kees Bakels. De Amsterdamse schooljongen zit vol fantasie, maar gedurende zijn laatste schooljaar zet de realiteit hem de voet dwars.12,99
Theo Thijssen (1879-1943)Theo Thijssen (1879–1943) is vooral bekend als schrijver van Kees de jongen (1923). Dat nu honderdjarige boek is ‘eeuwig mooi’ – net als het haar van Kees’ vriendinnetje Rosa Overbeek. Maar Thijssen was zo veel méér. Hij schreef ook klassiekers als Schoolland, De gelukkige klas, Het taaie ongerief en (zijn eigen favoriet) Het grijze kind. En in zijn eigen ogen was en bleef hij vooral onderwijzer. ‘Slechts’ 23 jaar stond hij zelf voor de klas, maar daarna diende hij het onderwijs als bestuurder van de onderwijzersvakbond en socialistisch politicus. De meeste van zijn romans schreef hij als vervolgverhalen in onderwijsbladen. Hij wilde dingen uitleggen: een beeld geven van de ‘kinderziel’, de universele angst ‘er niet bij te horen’, de ongelijke kans op ontplooiing, het belang van professionele autonomie van de leerkracht en de waarde van de schoolklas als gemeenschap. Die thema’s weerspiegelden ook zijn eigen levensgeschiedenis: van vroeg vaderloze schoenmakerszoon in de Amsterdam…39,50