
Het grote Gouden Eeuw boek (Hardback)
Hollandse meesters kregen het vak onder de knie door de tekenkunst De hoeveelheid tekeningen die in de zeventiende eeuw is gemaakt, is immens. Als jonge schilders hun opleiding bij een meesterschilder begonnen, moesten zij eerst het tekenen onder de knie krijgen. Maar ook ervaren schilders bleven oefenen in tekenen naar naaktmodel, of namen op hun tochten door het land schetsboeken mee om hun indrukken vast te leggen. Voor de compositie van veel schilderijen werden getekende voorstudies gebruikt. In de zeventiende eeuw werd tekenkunst ook wel de vader van de schilderkunst genoemd. Tekeningen zijn steeds bewonderd, bestudeerd en verzameld. Niet van alle schilders zijn tekeningen bekend. Van sommigen, zoals Jan van Goyen, zijn er veel bewaard, maar van anderen, zoals Johannes Vermeer, kennen we er geen enkele. Vermoedelijk zijn ook veel tekeningen in de loop van de tijd verloren gegaan. Nu worden tekeningen bewaard in de prentenkabinetten van musea over de hele wereld en kunnen zij daar
49,95